Blog
Zonder dat we ons ervan bewust zijn is ons lichaam continu bezig zijn interne milieu in een toestand van relatieve stabiliteit te handhaven terwijl die bloot staat aan aldoor veranderende externe omstandigheden. Het lichaam tracht een dynamisch evenwicht te behouden; een toestand waarbij het interne milieu binnen beperkte grenzen continu varieert. De toestand waarbij het lichaam erin slaagt adequaat aan zijn behoeften tegemoet komen en soepel functioneert, wordt ‘homeostase’ genoemd.
Het behouden van een toestand van homeostase is aanzienlijk complexer dan op het eerste gezicht lijkt. Bij de instandhouding ervan is elk orgaan betrokken. Bijvoorbeeld, om alle lichaamsdelen van bloed te voorzien moeten voldoende voedingsstoffen in het bloed aanwezig zijn, de hartactiviteit en de bloeddruk continu worden gemonitord en aangepast. Ook de lichaamstemperatuur moet steeds worden gecontroleerd en moet de opslag van afvalstoffen worden voorkomen. Door de activiteit en interacties van talloze chemische-, neurale- en thermale factoren wordt het lichaam voortdurend gestimuleerd en afgeremd en behoudt het een relatief stabiele toestand.
De hier beschreven regulerende activiteit kunnen wij alleen indirect beïnvloeden. Dit doen wij bijvoorbeeld wanneer we taiji of qigong oefenen als we taiji-principes toepassen en het onderste dantian (een qi-centrum in de onderbuik) activeren.
Het toepassen van taiji-principes is het tot uiterste proporties vergroten van yin en yang en vervolgens deze tegengestelden in een dynamisch evenwicht houden. De proportionele toename van yin en yang vergroot de vibratiekracht in het lichaam. Deze neemt toe in de onderbuik, in het onderste dantian.
Een stabiel evenwicht tussen maximaal vergrootte yin- en yang-polen is alleen mogelijk als hun proporties in hoge snelheid toe- en afnemen. De gewone hersenfuncties kunnen extreem snelle yin / yang-fluctuaties niet monitoren. Tijdens de geleidelijke toename van yin en yang en de snelheid waarmee hun proporties fluctueren, verschuift de hersenactiviteit van de perifere hersendelen naar het het centrale hersendeel. Dit centrum: het bovenste dantian, is erop toegerust om extreem snelle yin / yang fluctuaties te monitoren. Het beroep dat wordt gedaan op het bovenste dantian, wekt het uit zijn sluimertoestand waarop het zich ontwikkelt tot een krachtig regulatiecentrum.
Met het monitoren van de snelle yin / yang fluctuaties controleert het bovenste dantian de vibratiekracht in het lichaam; het beïnvloedt de vibratiefrequenties, het vibratiepatroon en de richting waarin deze vibraties zich voortplanten. Met het toenemen van de vibratiekracht, ontwikkelt het bovenste dantian het vermogen om in het lichaam te ‘kijken’; deze ‘ziet’ dan het interne milieu.
Het in stand houden van een dynamisch evenwicht tussen maximaal toegenomen tegengestelden is een intense activiteit. De grote alertheid die het vergt, wekt het bovenste dantian. Al oefenende ontwikkelt het zich tot een krachtig aanvullend regulatiesysteem. Echter, een dergelijke ontwikkeling blijft uit als tijdens het oefenen de ontspanning – zoals veel gebeurt – te veel wordt benadrukt. In dat geval nemen yin en yang niet gelijkwaardig toe; het lichaam comprimeert dan enigszins en de geest verliest scherpte.
Wanneer tijdens het beoefenen van taiji en qigong yin en yang gelijkwaardig toenemen en in een relatieve balans worden gehandhaafd, zijn deze disciplines zeer krachtige zelfhulpmethoden.